Onze-Lieve-Vrouwekerk - Daknam, Belgique - Wikipedia Entries on Waymarking.com

Description

Église cruciforme encore en partie romane, sur une légère élévation dans le village et entourée du cimetière avec un mur bas, en maçonnerie et blanchi à la chaux ; portail d'entrée en fer forgé astucieusement et façade carrée sous un toit de tente. Devant elle se trouve une place avec de grands arbres.

Histoire

En 1156, le pape Adrien IV confirma le patronage de l'abbaye Saint-Bavon sur cette église, qui se présenta alors comme une église cruciforme à nef unique avec une tour octogonale croisée. Au XVe siècle, une nouvelle partie sud est ajoutée : bas-côté étroit, nouveau bras de transept et choeur latéral ; le chœur principal a été allongé et la tour a été surélevée et dotée de trous de réverbération gothiques plus larges. La flèche en poirier du XVIe siècle a été frappée par la foudre en 1614-15. Restauration complète en 1891 sous la direction de l'architecte Hendrik Geirnaert, au cours de laquelle une sacristie supplémentaire et le porche ont été construits et le bas-côté des appuis de fenêtre a été réédifié. Restauration de la maçonnerie et de la toiture dans les années 1960 sous la direction de l'architecte Adrien Bressers (Gand).

Description

Le plan d'étage décrit une église cruciforme à deux nefs avec une tour octogonale traversante ; choeur principal flanqué d'un choeur latéral au sud et de deux sacristies rectangulaires au nord, petit vestibule devant la façade ouest. Parties romanes en calcaire de Tournai (opus incertum), élévation de la tour en grès, autres parties en brique. Façade nord avec deux fenêtres romanes d'origine, les trois autres ont été remplacées par de spacieuses fenêtres gothiques; corniche sur consoles arrondies. façade sud sur socle en calcaire de Tournai (matériau de récupération) ; également en brique avec quatre fenêtres légèrement pointues ; couronnement de la frise des dents de souris. Tour traversante avec salon à huit pans sur plan carré ; pointe d'aiguille resserrée. Bras de transept nord avec porte romane conservée et fenêtre gothique plus jeune ; transept sud sur la même ligne que le bas-côté et le chœur latéral, ainsi que ceux sur un socle en calcaire de Tournai. Chœurs de deux travées à fermeture plate avec de grandes fenêtres en arc brisé. Au sud deux sacristies : la plus ancienne en grès, sous un toit en appentis, la plus jeune en brique, sous un toit carré en bâtière.

Description

Still partly Romanesque cruciform church, on a slight elevation in the village and surrounded by the cemetery with a low, masonry and whitewashed wall; artfully wrought iron entrance gate and square front under a tent roof. In front of it is a square with tall trees.

History

In 1156 Pope Adrian IV confirmed the patronage of St Bavo's Abbey over this church, which then presented itself as a single-aisled cruciform church with an octagonal crossing tower. In the 15th century a new southern part was added: narrow aisle, new transept arm and side choir; the main choir was lengthened and the tower was raised and fitted with wider Gothic reverberation holes. The 16th century pear spire was struck by lightning in 1614-15. Thorough restoration in 1891 under the direction of architect Hendrik Geirnaert, during which an additional sacristy and the porch were built and the side aisle from the window sills was re-erected. Restoration of the masonry and roofing in the 1960s under the direction of architect Adrien Bressers (Ghent).

Description

The floor plan describes a two-aisled cruciform church with an octagonal crossing tower; main choir flanked by a side choir to the south and two rectangular sacristies to the north, small vestibule in front of the west facade. Romanesque parts of Tournai limestone (opus incertum), tower elevation of sandstone, other parts of brick. North facade with two original Romanesque windows, the other three have been replaced by spacious Gothic ones; cornice on rounded corbels. south facade on a plinth of Tournai limestone (recovery material); also brick with four slightly pointed windows; crowning mouse tooth frieze. Crossing tower with eight-sided lounge room on square plan; constricted needle point. Northern transept arm with preserved Romanesque door and younger Gothic window; southern transept on the same line as side aisle and side choir, as well as those on a plinth of Tournai limestone. Choirs of two bays with flat closure with large pointed arch windows. To the south two sacristies: the oldest of sandstone, under a pent roof, the youngest of brick, under a square saddle roof.

Beschrijving

Nog deels romaanse kruiskerk, op een lichte verhevenheid in het dorp en omringd door het kerkhof met laag, gemetseld en gewit muurtje; kunstig smeedijzeren ingangshek en vierkante pui onder tentdakje. Ervoor pleintje met hoogstammige bomen.

Historiek

In 1156 bevestigt paus Adriaan IV het patronaat van de Sint-Baafsabdij over deze kerk, die zich toen voordeed als eenbeukige kruiskerk met achtkantige vieringtoren. In de 15de eeuw werd een nieuwe zuidelijke partij toegevoegd: smalle zijbeuk, nieuwe transeptarm en zijkoor; het hoofdkoor werd verlengd en de toren verhoogd en voorzien van ruimere gotische galmgaten. De peerspits uit de 16de eeuw werd in 1614-15 door de bliksem getroffen. Grondige restauratie in 1891 onder leiding van architect Hendrik Geirnaert tijdens dewelke een bijkomende sacristie en het voorportaaltje werden gebouwd en de zijbeuk vanaf de vensterdorpels werd heropgericht. Restauratie van het metselwerk en de bedakingen in de jaren 1960 onder leiding van architect Adrien Bressers (Gent).

Beschrijving

De plattegrond beschrijft een tweebeukige kruiskerk met achtkantige vieringtoren; hoofdkoor geflankeerd door een zijkoor ten zuiden en twee rechthoekige sacristieën aan noordkant, klein voorportaal voor de westgevel. Romaanse delen van Doornikse kalksteen (opus incertum), torenverhoging van zandsteen, overige delen van baksteen. Noordgevel met twee oorspronkelijke romaanse venstertjes, de drie andere zijn vervangen door ruime gotische; kroonlijst op afgeronde kraagstenen. zuidgevel op plint van Doornikse kalksteen (recuperatiemateriaal); voorts baksteen met vier licht spitsbogige vensters; bekronende muizentandfries. Kruisingstoren met achtzijdige luikamer op vierkante plattegrond; ingesnoerde naaldspits. Noordelijke transeptarm met behouden romaans deurtje en jonger gotisch raam; zuidelijke transeptarm op dezelfde lijn als zijbeuk en zijkoor, evenals dezen op plint van Doornikse kalksteen. Koren van twee traveeën met vlakke sluiting waarin ruime spitsboogvensters. Ten zuiden twee sacristieën: de oudste van zandsteen, onder lessenaarsdak, de jongste van baksteen, onder haaks zadeldak.

inventaris.onroerenderfgoed

realo.be